Voorbeelden van uitgevoerde restauraties

1929 Bentley 4 1/2 litre 'Bluebell'

Status quo bij aanvang en probleemanalyse

Bluebell is een zeer vermaarde WO Bentley, vooral omdat de auto al sinds 1936 voor competitief gebruik is geprepareerd. Bluebell heeft dan ook een ongeëvenaarde staat van dienst en heeft zelfs een eigen website waarop al zijn belevenissen worden vermeld: https://bluebell-bentley.com/ . Door het intensieve gebruik is Bluebell er in de loop der jaren niet jonger op geworden en de huidige eigenaar vroeg ons om een waslijst aan verbeterpunten weg te werken. De meeste aandachtspunten betroffen losgetrilde bouten en moeren, uitgesleten lagerbussen en haastig gemonteerde onderdelen. Grote uitdagingen waren een compleet versleten koppelingsplaat en druklager: niet zo lang geleden is er een niet-originele plaatkoppeling gemonteerd en die blijkt veel te snel weg te slijten.

Oplossing

Na de drukgroep en het druklager te hebben gedemonteerd is de koppelingsplaat van nieuw frictiemateriaal voorzien (en een reserveplaat gemaakt - voor het geval dat ... ) en een passend druklager gezocht. Exact hetzelfde model bleek niet te vinden, dus is een type gekozen dat er het meest op lijkt. In de draaibank is dat druklager passend gemaakt en gemonteerd.

Bluebell heeft sindsdien met goed gevolg een zware rally in Italië volbracht en is ogenschijnlijk heelhuids teruggekeerd. Bij nadere inspectie bleek echter dat het grafiet van het druklager alweer grotendeels is weggesleten, dus moeten we verder zoeken naar een betrouwbaarder oplossing ...

1927 Bentley 4 1/2 litre Le Mans

Status quo bij aanvang en probleemanalyse

Deze professioneel gerestaureerde Bentley wordt veelvuldig gebruikt. Niet alleen in rally's als de Flying Scotsman of op het circuit van Silverstone, maar ook voor dagelijks vervoer. Na een ritje naar Maastricht bleek er ineens een nare tik in de aandrijving te zitten. Zo op 't eerste gezicht kon die tik overal vandaan komen: koppeling, koppelingsrem, versnellingsbak, aandrijfas ... Door mogelijke oorzaken te bekijken en successievelijk uit te sluiten kwamen we tot de conclusie dat de tik uit de versnellingsbak kwam.

Oplossing

Na aankomst in de werkplaats is eerst het interieur en de bodemplaat gedemonteerd om bij de versnellingsbak te komen. Na het afnemen van de versnellingsbakdeksel bleek al gauw wat het euvel was: een uitgebroken tand van de ingaande as. Dit tandwiel staat in permanent contact (constant mesh) met de secundaire as in de versnellingsbak en drijft ook het tandwiel van de 4e versnelling aan (prise directe). Gelukkig was het defecte tandwiel een door de WO Bentley fabriek gemaakt tandwiel, dus de maten zijn bekend. Bij een gerenommeerde restaurator in Engeland is een identiek tandwiel besteld - inclusief lagers - en vervolgens gemonteerd en afgesteld.

1933 Austin 7 Pick-up

Status quo bij aanvang en probleemanalyse

Deze schattige Austin 7 is in de jaren '90 omgebouwd tot een pick-up, waarschijnlijk door een eigenaar die affiniteit had met elektriek. Het autootje was volgehangen met knipperlichten, achteruitrijlamp, mistachterlicht en andere plastic toeters en bellen. De huidige eigenaar wilde van die kermisverlichting af en vroeg ons om het uiterlijk van de Austin weer in originele staat te brengen.

Oplossing

Het demonteren van al die moderne verlichting was in een vloek en een zucht gebeurd. Omdat de bedrading en het relais voor richtingaanwijzers toch aanwezig waren, hebben we besloten knipperlichten te integreren in de originele verlichtingsarmaturen. In de sidelights op de voorspatborden hebben we fittingen met dubbele contacten gesoldeerd en in de Lucas 'D' lampen achterop een extra fitting gemonteerd. Nu heeft de Austin weer een acceptabel uiterlijk mét het gebruiksgemak van richtingaanwijzers.

1917 American LaFrance Type 12

Status quo bij aanvang en probleemanalyse

Alle American LaFrances – op één na – zijn gebouwd als brandweerauto’s. AlF was oorspronkelijk een fabrikant van brandweerapparatuur (slangen, pompen, ladders etc.) en begonnen in 1907 brandweerauto’s te bouwen met motoren op licentiebasis van het Mercedes Simplex patent uit 1902. Oorspronkelijk is dat een viercilinder T-head motor met 9,7 liter inhoud. Omdat brandweerauto’s in actie op handgas water moesten pompen via een power take-off op de versnellingsbak bleek die motor toch te krap bemeten en heeft AlF de motor doorontwikkeld naar een zescilinder met 14,5 liter inhoud.  Brandweerauto’s worden over ’t algemeen goed  onderhouden, dus er zijn nog relatief veel oude exemplaren bewaard gebleven. De LaFrance die wij hebben gerestaureerd was bij aankoop een rolling chassis: niet meer dan een chassis, motor, versnellingsbak, differentieel en vier wielen.

Oplossing

Omdat de auto klaargestoomd moest worden voor de langste rally ter wereld (London-Cape Town rally, 18.000 km) is allereerst een motorrevisiebedrijf gezocht dat een krukas van bijna twee meter lengte en zuigers met een diameter van vijftien centimeter aankon. Daar is de motor onder onze supervisie (met onbetaalbare hulp van Henk Afink van garage De Marke) gereviseerd (nieuwe babbittlagers, kleppen, klepveren, cilinderbussen en zuigerveren) en geassembleerd. Als carrosserie is gekozen voor een kopie van de Itala van Prins Borghese die de Peking-Parijs rally van 1907 heeft gewonnen. Deze keuze was hoofdzakelijk gebaseerd op de hoeveelheid brandstof die kon worden meegenomen. De rallyorganisatie schreef voor dat tot 1.000 kilometer zonder bijtanken mogelijk moest zijn. Aangezien de auto een gemiddeld verbruik heeft van 1 op 3 hebben we één brandstoftank van 150 liter en twee kleinere tanks van elk 75 liter gemaakt. Om in het moderne verkeer mee te komen moest de kruissnelheid van de auto worden verhoogd naar 100 kilometer per uur. Daartoe hebben we de voorste tandwielen van de kettingaandrijving zodanig vergroot dat er een 1 op 1 verhouding met de tanden om de remtrommel ontstond. Omdat de stoelen stevig genoeg moesten zijn om de twee inzittenden veilig op de bok te laten zitten en comfortabel genoeg om het zeven weken uit te houden is de fabricage daarvan uitbesteed aan een gespecialiseerde autobekleder. De spatborden en treeplanken zijn in onze eigen werkplaats gemaakt naar het model van de originele 1914 50hp. Simplex Speedcar.

1934 Frazer Nash TT Replica

Status quo bij aanvang en probleemanalyse

Deze bijzondere auto kwam uit de collectie van een Engels privé-museum en was uiterlijk in prima staat maar technisch onbetrouwbaar. Bij navraag aan het archief van de Frazer Nash Car Club bleek de motor in 1950 te zijn vastgelopen waarna de auto tot 1976 in een schuur verdween. Daarna is de auto in Engeland gerestaureerd, maar waarschijnlijk nooit meer goed rijdend geweest en in het museum terechtgekomen. Bij aankomst hier in de werkplaats bleek al snel dat de motor was opgebouwd uit verschillende onderdelen die niet goed bij elkaar passen. Zo bleken de tuimelaar- en nokkenassen nauwelijks olie te krijgen omdat de drukleiding van de oliepomp niet aansloot op het oliekanaal in de cilinderkop. Ook was een ernstige schade aan de cilinderwand nooit afdoende gerepareerd en waren de naaldlagers van de nokvolgers van de tuimelaars ooit vervangen door (te zachte) bronzen lagerbussen, waardoor de nokvolgers vastliepen en snel wegsleten. Uiteindelijk bleken veel motoronderdelen zodanig te zijn versleten of beschadigd dat we voor de keuze stonden om – voor heel veel geld – nieuwe onderdelen te laten namaken of een donormotor te zoeken. Dat laatste was geen sinecure, want er zijn slechts 27 van deze Blackburne zescilinder motoren gebouwd.

Oplossing

Via de man die het Blackburne-register voor de Frazer Nash Car Club bijhoudt zijn we op het spoor gekomen van eenzelfde motor. Met onderdelen van deze donormotor hebben we - wederom met hulp van Henk Afink van garage De Marke - de motor weer opgebouwd en betrouwbaar gekregen. Onderwijl zijn ook alle tandwielen van de kettingaandrijving vervangen en is de zoektocht gestart naar de originele kleur van de carrosserie. Op het originele kentekenbewijs staat vermeld dat de auto grijs was en op oude foto’s is inderdaad te zien dat de auto een stuk donkerder moet zijn geweest dan de huidige witachtige kleur. Door voorzichtig meerdere laklagen op verschillende plekken weg te schuren kwamen we de originele muisgrijze lak tegen en is de auto weer in exact dezelfde (matte) kleur gespoten.

1922 Hudson Super Six

Status quo bij aanvang en probleemanalyse

Deze origineel Nederlandse Hudson (eerste eigenaar Gerard Jan van der Vliet uit Overveen, provinciaal kenteken G8077) is waarschijnlijk na zijn dood verkocht aan imker Jan van der Weg uit Oudwoude in Friesland (kenteken B8481). Die heeft de auto omgebouwd tot vrachtauto om zijn bijenvolken te kunnen vervoeren. Van der Weg was in de oorlog lid van de Winterhulp en moest na de bevrijding zijn auto inleveren. Bijzonder is dat de door hem gesloopte carrosserie-onderdelen (achterbank, deuren, strapontinstoeltjes en kapconstructie) niet zijn weggegooid en zelfs altijd bij de auto zijn gebleven. Sinds 1945 heeft de Hudson buiten of in lekke schuurtjes gebivakkeerd waardoor er niet veel meer van het koetswerk over was toen de auto in 2013 in onze werkplaats verscheen.

Oplossing

Besloten is om de auto technisch te restaureren maar zoveel mogelijk van het patina van de carrosserie te behouden. Bij de demontage van de auto werd duidelijk dat de motor muurvast zat en de essenhouten constructie van de carrosserie geheel moest worden vervangen. Daar waar mogelijk hebben we nieuw blik onder het bestaande plaatwerk geschoven en met puntlassen bevestigd. Het inwendige van de motor is van kilo’s vliegroest bevrijd en voorzien van nieuwe kleppen en zuigerveren. De originele gegoten krukaslagers konden opnieuw worden afgesteld middels het selectief verwijderen van vulplaatjes. Bijna alle andere onderdelen hadden eveneens serieuze aandacht nodig: de radiateur is weer waterdicht gemaakt, we hebben nieuwe remtrommels voor de achteras gedraaid, het stuurhuis, de versnellingsbak, de koppeling, de vooras zijn gereviseerd, de lekke benzinetank gesoldeerd en de dashboardmeters hersteld of vervangen.

1928 Morgan Aero

Status quo bij aanvang en probleemanalyse

Volgens de veilingcatalogus was dit een geheel gerestaureerde driewieler.

Oplossing

Om de auto gebruiksklaar te maken hebben we echter alles weer opnieuw moeten doen ...

1927 Bentley 3 litre

Status quo bij aanvang en probleemanalyse

Deze unieke auto is nog geheel in originele staat en nog nooit geheel gerestaureerd. Om het originele karakter van de auto te bewaren beperken onze werkzaamheden zich tot technische revisies zoals die van het planetair tandwielstelsel in het differentieel of het vervangen van de zuigerveren in de motor.

1925 Citroën 5CV Cabriolet TL

Status quo bij aanvang en probleemanalyse

Gedemonteerd in de jaren '70 en daarna hebben de onderdelen jarenlang liggen wachten op de restauratie

1948 Austin Winchester camper

Status quo bij aanvang en probleemanalyse

Deze camper is door mijn overgrootvader in 1952 gekocht (origineel Engels kenteken: KHO 511) van twee ongetrouwde schotse zusters die de auto hadden laten bouwen om er een wereldreis mee te gaan maken. Door vroegtijdig overlijden van één van de gezusters ging dat plan niet door en kwam de camper in de verkoop. In 1956 is de camper naar Nederland gehaald en het kenteken PS-00-61 gekregen. Al snel daarna zijn mijn overgrootouders naar Zuid-Frankrijk geëmigreerd en heeft de auto een Frans kenteken gekregen. Toen mijn overgrootmoeder in 1976 overleed is de auto  weer naar Nederland gekomen. Na een aantal jaren door mijn oudoom te zijn gebruikt is de camper sinds midden jaren '80 bij mij in onderhoud.

Oplossing

Het is een ongerestaureerde camper en omdat hij nog zo onvoorstelbaar mooi is laten we hem zo ongemoeid mogelijk - enkel technische slijtage wordt gerepareerd.

1955 Austin Healey 100 BN1

Status quo bij aanvang en probleemanalyse

Bij Hofman in Leek stond in 1999 een rode Amerikaanse BN1. Zo te zien was hij compleet, maar daar was dan ook alles mee gezegd. De auto was al zeker 25 jaar eerder afgedankt en had al die tijd ergens in de buitenlucht gestaan: interieur verwoest, motor zat vast, halve carrosserie weggerot.

Oplossing

Ondanks die erbarmelijke staat vond ik het een haalbaar project en besloot hem nut & bolt te restaureren. De auto is tot de laatste schroef uit elkaar gehaald en alle onderdelen zijn gesorteerd: dat naar de verchromer, dat naar de poedercoater, dat moet gegalvaniseerd en de rest wordt vervangen.

De body is naar de zandstraler gebracht om alle verf, roest en andere rottigheid weg te blazen. Zoals verwacht kwam een complete gatenkaas retour. Mijn plaatwerker heeft de stoffelijke resten van de auto in een braadspit gehangen zodat hij overal bij kon. Toen het chassis uitgestukt was, heb ik het laten schooperen en in de kleur laten spuiten.

De motor vorderde intussen gestaag; er moesten nieuwe zuigers en lagers in en helaas bleek de kop onherstelbaar gebarsten. Bij Denis Welch in Staffordshire werd een aluminium fast-road kop besteld. Langzaam maar gestaag vorderde de restauratie - niet dat de laatste loodjes van een leien dakje gingen, we kwamen vanzelfsprekend nog allerlei ellende tegen: een overdrive die – ondanks revisie – dienst weigerde, continu openspringende deuren, een tapijtset die voor geen meter paste, een spuiter die hem in de regen buiten zette omdat ‘ie er niet aan toe kwam, etc.

Inmiddels is de Healey bij een tevreden nieuwe eigenaar in München.

1963 MGB tourer

Status quo bij aanvang en probleemanalyse

In 1983 was deze MG een typisch voorbeeld van jarenlange verwaarlozing: doorgerotte kokerbalken, carrosserie vol roestgaten, lage oliedruk, geklonk in de aandrijving en zo nog wat meer mankementen. Het laswerk was in eerste instantie uitbesteed aan een goedbedoelende hobbyist die er een potje van maakte. Binnen een paar weken begon de auto door te zakken als je erin ging zitten; de deuren zaten dan klemvast in hun sponningen. De hobbyist had het blijkbaar te lastig gevonden om een goede aanhechting te maken tussen de kokerbalken en de a-zuilen, waardoor de stijfheid van de gehele auto was verdwenen.

Oplossing

Toen ben ik een zoektocht gestart naar een professionele plaatwerker met restauratie ervaring en kwam ik op het spoor van de man die nu – meer dan 35 jaar later – nog steeds al het laswerk bij ons uitvoert. De motor, versnellingsbak, voorwielophanging en achteras zijn destijds in eigen beheer gereviseerd en de auto rijdt nog steeds als een zonnetje.

1969 Jaguar E-type

Na jarenlange trouwe dienst hebben we deze auto een opfrisbeurt gegeven: roestplekken in de carrosserie verwijderd en nieuw plaatwerk gemaakt en ingelast, alsmede afstelling van beide SU carburateurs.

1969 MGC-GT

Status quo bij aanvang en probleemanalyse

Deze auto kwam als niet-lopende barnfind uit Californië: een mooie harde carrosserie maar totaal versleten techniek.

Oplossing

Wij hebben de zescilinder motor gereviseerd en tegelijkertijd omgebouwd van Amerikaanse (met vermogen slurpend emissiereductiesysteem) naar Europese specificaties. De body was ooit overgespoten in een babyblauwe kleur. Wij hebben de auto tot op het blanke metaal afgeschuurd en teruggebracht naar het originele British Racing Green. Na restauratie heeft deze auto nog zeker tien jaar naar volle tevredenheid als dagelijkse auto gefunctioneerd.